Hoge Raad: box-3-heffing geen buitensporige last

Geplaatst op 04/07/2016

Een echtpaar verhuist naar Noorwegen, maar houdt de voormalige eigen woning in Nederland aan voor eigen gebruik. Over de WOZ-waarde ervan wordt in 2011 box-3-heffing geheven. Het echtpaar vindt dit in strijd met artikel 1 van het Eerste Protocol bij het EVRM (artikel 1 EP), omdat de box-3-heffing tot een buitensporig zware last leidt. Men stelt dat de woning niet verhuurd wordt, waardoor er geen rendement is waarover belasting kan worden geheven. De belastingheffing vormt in die situatie een inbreuk op het eigendomsrecht van het betreffende artikel, aldus het echtpaar. De Advocaat generaal, de adviseur van de Hoge Raad, concludeerde afgelopen februari dat inderdaad het fundamentele recht op eigendom aangetast wordt.

Helaas voor het echtpaar gaat de Hoge Raad niet mee met de Advocaat Generaal. De Hoge Raad oordeelt dat de wetgever beoogt om met het fictief rendement op een robuuste, maar aanvaardbare wijze rekening te houden met de werkelijk (gemiddeld) genoten inkomsten uit vermogen over een langere periode. Het forfaitaire stelsel van box 3 is daardoor niet in strijd met artikel 1 EP.

Terug naar overzicht